Misschien is het niet woke meer om over ‘mannen’ en ‘vrouwen’ te spreken. Laat staan over de verschillen tussen mannen en vrouwen ofwel jongens en meisjes. Maar ik ben blij dat er nog steeds mensen zijn die dat wel doen. De verschillen tussen enerzijds jongens en mannen en anderzijds meisjes en vrouwen, worden volgens mij namelijk niet alleen bepaald door de cultuur waarin we opgroeien, maar ook door verschillen in aanleg.
Verschillen in aanleg tussen jongens en meisjes …
Dat er wezenlijke verschillen in aanleg tussen de mannelijke en vrouwelijke exemplaren van een soort zijn, kunnen we bij veel planten- en diersoorten waarnemen. Deze verschillen in aanleg zijn vergelijkbaar met het verschil tussen dat wat in de chinese filosofie yang en yin genoemd wordt: de drang om iets te worden versus de drang om naar niets te terug te keren. En volgens mij is het een enorme vergissing om te denken dat dit soort verschillen in aanleg bij de menselijke soort geen rol speelt.
Wat natuurlijk wel een belangrijk verschil met dieren is, dat wij ons als mens bewust kunnen worden van de wezenlijke sekse-verschillen tussen de mannelijke en vrouwelijke exemplaren van een soort. Inclusief de wezenlijke verschillen tussen mannen en vrouwen van onze eigen soort. Waarbij ik meteen wil aantekenen dat ieder mens uniek is en sommige mensen op lichamelijk niveau hermafrodiet en/of in hun geestelijke wezen androgyn zijn. Bovendien kan ieder mens in de loop van het leven zijn of haar eigen unieke combinatie van ‘mannelijke’ en ‘vrouwelijke’ kwaliteiten ontwikkelen.
… zijn iets om rekening mee te houden
Wat ook een belangrijk verschil met dieren is, is dat we als mensen in ons doen en laten bewust rekening kunnen houden met sekse-verschillen. En ja, daarbij kunnen we ons natuurlijk ook wel eens vergissen. Het ligt namelijk in de aard van dit denkende beestje dat ons zelf-beeld vaak niet overeenkomt met wie we in wezen zijn. En het verschil tussen wat we werkelijk zijn en denken te (moeten) zijn, kan een bron van diep leed zijn. Leed dat we anderen of ons zelf aandoen. Bijvoorbeeld door meisjes te verbieden om een broek te dragen of vrouwen te verplichten om de rol van huisvrouw op zich te nemen. Of door jongens te verbieden om een rok te dragen of mannen te verplichten om de rol van kostwinner op zich te nemen. Of in zijn meest kwalijke vorm: door het mannelijke, vrouwelijke of hermafrodiete lichaam waarin we als ziel geïncarneerd zijn af te wijzen, omdat het cultureel niet geaccepteerd wordt wanneer iemand hermafrodiet is, wanneer een mens in een mannenlichaam zich meisjesachtig of vrouwelijk gedraagt of wanneer een mens in een vrouwenlichaam zich jongensachtig of mannelijk gedraagt.
Maar diep leed ontstaat ook wanneer meisjes geen ruimte krijgen om zich meisjesachtig te gedragen. Of wanneer jongens geen ruimte krijgen om zich jongensachtig te gedragen. Het handzame 80 pagina’s tellende boekje ‘Mannen van Morgen’ van Rhea Madeleine Vincent kunnen we lezen als een pleidooi om jongens die ruimte wel te geven.
De kernkwaliteit van jongens is om grenzen te verleggen
In Mannen van Morgen wordt de kernkwaliteit van jongens beschreven als het vermogen om grenzen te verleggen. Het is niet moeilijk om in deze kernkwaliteit de kracht van yang te herkennen: de drang om iets te worden ofwel tijd en ruimte in te nemen. Dit vermogen van jongens vraagt volgens Rhea Madeleine Vincent om leiderschap van de opvoeders; het liefdevol, weg-wijzend begrenzen. Het boekje laat zien dat er aan allerlei, vaak door vrouwen als lastig ervaren, gedrag een behoefte ten grondslag ligt. Bij als lastig ervaren gedrag kunnen we bijvoorbeeld denken aan steeds hoger in bomen klimmen, van grote hoogte naar beneden springen, experimenteren met vuur en/of explosieven en stoeipartijen die uitmonden in vechtpartijen. De onderliggende behoefte om de grenzen van het eigen lichaam en de eigen kracht te verkennen en op te rekken, wordt door veel opvoeders niet herkend en erkend. Het jongensachtige gedrag kan dan als onwenselijk of bedreigend ervaren worden. En wordt daarom vaak afgekapt in plaats van in creatieve banen geleid.
Rhea Madeleine Vincent geeft tips hoe opvoeders wel aan de behoefte van jongens tegemoet kunnen komen. In lastig gedrag blijkt dan vaak een grote kwaliteit schuil te gaan. Met hun vermogen grenzen te verleggen zijn jongens volgens haar, mits goed begeleid, de scheppers van een beter morgen.